15-12-2016

Buiten­land­se wetenschap­pers over wonen en werken in Nederland

De toenemen­de globali­se­ring raakt ook het Nederlands wetenschap­pe­lijk onderzoek. Eén van de gevolgen van deze globali­se­ring is dat Nederland­se wetenschap­pe­lij­ke instel­lin­gen steeds meer samenwer­ken met instel­lin­gen in het buiten­land. Een ander gevolg is dat de arbeids­markt voor wetenschap­pers interna­ti­o­na­li­seert. Voor het behoud of de verster­king van de interna­ti­o­na­le (top)positie van Nederland­se onderzoeks­in­stel­lin­gen is het essenti­eel dat deze instel­lin­gen door de beste onderzoe­kers worden bevolkt - ook uit het buiten­land. In dat kader is de aantrek­kings­kracht van Nederland als plaats om zich als onderzoe­ker te vestigen een belang­rij­ke factor. Het gaat daarbij niet alleen om een inspire­rend en uitdagend wetenschap­pe­lij­ke klimaat, maar ook om meer alledaag­se zaken zoals het woon- en leefkli­maat in Nederland en de wijze waarop wetenschap­pe­lij­ke instel­lin­gen de integra­tie van buiten­land­se wetenschap­pers binnen en buiten de instel­ling ondersteu­nen.

De ondersteu­ning van de Nederland­se kennis­in­fra­struc­tuur - in het bijzon­der het wetenschap­pe­lijk onderzoek - is een belang­rijk beleids­ter­rein van het ministe­rie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Het ministe­rie is voorne­mens in 2007 een bijeen­komst te organi­se­ren over het interna­ti­o­na­le profiel van Nederland op de beleids­ter­rei­nen van het ministe­rie.

Ter voorbe­rei­ding van het congres heeft de directie Interna­ti­o­naal Beleid aan Dialogic gevraagd een quick scan uit te voeren naar de ervaring van buiten­land­se onderzoe­kers met wonen en werken in Nederland. Voorts moet de verken­ning een beeld opleve­ren van de interna­ti­o­na­le beteke­nis en uitstra­ling van Nederland­se wetenschap­pe­lij­ke clusters.