Evaluatie Point One

Het Innovatieprogramma Point-One Boegbeeld is in 2006 als pilot gestart voor het destijds nieuwe programmatische innovatiebeleid van het toenmalige Ministerie van Economische Zaken (EZ). Daarmee is dit programma het langstlopende van de negen Innovatieprogramma’s. In 2007 en 2009 zijn een nulmeting (Technopolis, 2007a) en een mid-term review (Technopolis, 2008) van Point-One Boegbeeld uitgevoerd. Na de MTR is Point-One Boegbeeld verlengd met een tweede fase die loopt tot 2012. De evaluatie die nu voorligt, stelt vast of de programmadoelstellingen van Point-One Boegbeeld zijn gehaald en of dit Innovatieprogramma op efficiënte wijze heeft bijgedragen aan de beleidsdoelstellingen van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I).

Conclusies

  • Ambitieus: Het innovatieprogramma Point-One heeft duidelijke en ambitieuze beleidsdoelstellingen. Het ontbreekt wel aan een directe vertaling van deze doelstellingen in concrete en meetbare (SMART) programmadoelstellingen. Bovendien is de samenhang tussen beleidsdoelstellingen, programmadoelstellingen en indicatoren onvoldoende duidelijk. Ongeveer een derde van de indicatoren uit het Orangebook is gehaald.
  • Doelbereiking wisselend: Over doelbereiking van de 4 programmalijnen (strands) bestaat een diffuus beeld. Binnen programmalijn 1 (strategic research initiatives) zijn voldoende strategische onderzoeksprojecten gestart met gemiddeld ook voldoende partners. Doelbereiking van programmalijn 2 (open innovation institutes) is belemmerd doordat de voorgenomen programma-activiteiten van Holst Centre en ESI niet binnen het Point-One kader vorm hebben gekregen. Het doel van programmalijn 3 (human capital) is niet gehaald. Dit doel was gericht op opleidingen, mobiliteit en verhoging van het aantal kenniswerkers. Binnen programmalijn 4 (SME development) zijn veel resultaten geboekt, maar deze zijn nog niet volledig in kaart gebracht aangezien de interne evaluatie nog niet is voltooid.
  • Excellentie: Point-One draagt bij aan de beleidsdoelstelling over excellentie. Een deel van de toename van R&D bij programmadeelnemers komt voort uit het programma en aanverwante innovatiestimulering (zoals de WBSO). Voor wat betreft de kennispositie van Nederlandse universiteiten is het beeld diffuus. Het programma draagt bij aan doelbereiking, maar de effecten zijn relatief klein en doen zich op langere termijn voor.
  • Economie & maatschappij: Point-One Boegbeeld draagt beperkt bij aan de beleidsdoelstelling over economie en maatschappij. De economische bijdrage wordt sterk beïnvloed door externe factoren, bijvoorbeeld een economische crisis. Er is nauwelijks sprake van een maatschappelijke bijdrage. Ook hier is sprake van langere incubatietijd.
  • Samenwerking & samenhang: Point-One Boegbeeld draagt bij aan de beleidsdoelstelling over samenwerking en samenhang. Dat samenwerking verbetert, zit ook in de genen van het programma. Bedrijven en instellingen moeten samenwerken bij het indienen en uitvoeren van projectvoorstellen. Dit effect doet zich niet alleen voor in de breedte (aantal relaties), maar ook in de diepte (inhoud).
  • Internationale positie: Op het vlak van de internationale positie stellen we vast dat er een regionaal cluster is neergezet dat zich goed kan meten met haar equivalenten in Crolles en Dresden. Aanwezigheid van wereldspelers (Philips, ASML) blijft daarbij maatgevend. Het is opmerkelijk dat het aantal internationale projecten met Nederlandse deelnemers sterk is toegenomen, terwijl het aantal Point-One deelnemers (uniek) daarbinnen in absolute aantallen juist is gedaald. In plaats van een toename van nieuwkomers lijkt het gezelschap juist ´selecter´ te zijn geworden. Verder valt op dat het aandeel van kennisinstellingen is toegenomen ten opzichte van de industrie.
  • Causaliteit: Het gebruik van een (vergelijkbare!) experimentele en controlegroep maakt het mogelijk om op onderdelen de causaliteit van het programma beter te duiden. Op basis van bovenstaande stellen wij in ieder geval vast dat het programma een positieve impact heeft bij deelnemers op bijvoorbeeld R&D-investeringen en -samenwerking en op economische kengetallen als omzet, werkgelegenheid en export.
  • Publicatienummer
    2010.118-1206
  • Publicatiedatum
    30 mei 2011
  •  
  • Projectnummer
    2010.118
  • Opdrachtgever(s)
    Agentschap NL
meer weten over dit onderwerp? Neem contact op met Sven Maltha
Partner